Opbellen
1. Toets het netnummer en telefoonnummer in. Druk op
Wis
als u een verkeerd teken hebt ingetoetst.
Voor internationale gesprekken drukt u tweemaal op
voor het internationale prefix (het +-
teken staat voor de internationale toegangscode) en toetst u de landcode, het netnummer (laat zo
nodig de eerste 0 weg) en het telefoonnummer in.
2. Druk op
om het nummer te bellen.
3. Druk op
om het gesprek te beëindigen of het kiezen te annuleren.
Zie ook Opties tijdens een gesprek op pagina 33.
Bellen met behulp van de lijst met contacten
• Druk vanuit de standby-modus op
of
om naar de naam te zoeken, of toets de eerste tekens
in van de naam waarnaar u zoekt. Zie ook Contacten opzoeken op pagina 68 en Namen
telefoonnummers opslaan (Contact toevoegen) op pagina 66. Druk op
om het nummer in het
display te bellen.
Laatste nummer herhalen
• Druk vanuit de standby-modus eenmaal op
om de lijst met maximaal 20 laatstgekozen
nummers weer te geven. Ga naar het gewenste nummer of de gewenste naam en druk op
om
het nummer te bellen.
Copyright
© 2004 Nokia. All rights reserved.
Bela
ng
ri
jk
st
e functies
32
Bela
ng
ri
jk
st
e functies
Uw voicemail bellen
• Houd
ingedrukt in de standby-modus, of druk op
en
.
Als het nummer van uw voicemail wordt gevraagd, toetst u dit in en drukt u op
OK
. Zie ook
Spraakberichten op pagina 59.